Juridische publicaties

Actualiteitenrubriek

  • Interessant
  • 6 minuten (1126 woorden)

Door Veronique Wessel
Veelvuldig in de media: asielzoekers & zeden

 

‘Asielzoekers opgepakt voor zedenmisdrijf meisje (17) uit Kampen’,1 ‘Elke week zedendelict bij een asielzoekerscentrum’.2 Voorgaande krantenkoppen zijn slechts een kleine greep van alle delicten die het nieuws halen. Het is ‘hot and happening’ en in deze rubriek ga ik onderzoeken wat het verband is tussen het zijn van een asielzoeker, het begaan van een strafbaar feit en de eventuele gevolgen voor de verblijfsvergunning. Kan de asielzoeker blijven of ligt uitzetting op de loer?

 

Asielzoeker gedefinieerd

Een asielzoeker is de vreemdeling die naar Nederland komt om hier bescherming te verkrijgen, dit in de vorm van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De komst van de asielzoeker houdt verband met bepaalde gebeurtenissen in eigen land.3 Denk hierbij aan gegronde vrees voor vervolging wegens ras, godsdienst, nationaliteit, het behoren tot een bepaalde sociale groep of zijn politieke overtuiging, art. 1 Vluchtelingenverdrag.

 

Vervolgbaarheid van asielzoekers

Het volgende uitgangspunt kan uit de wet worden teruggevonden: art. 2 Sr. Uit dit artikel volgt dat de Nederlandse strafwet van toepassing is op eenieder die zich in Nederland aan enig strafbaar feit schuldig maakt. De taak van de vervolging van verdachten van strafbare feiten berust bij het OM, art. 148 lid 2 Sv. Natuurlijk kan het OM niet iedereen die een strafbaar feit pleegt vervolgen, en dus heeft men altijd te maken met zogenaamde ‘selectieve opsporing’. Het OM moet continu afwegen of er tot opsporing zal worden overgegaan. Daarnaast moet worden bekeken met welke intensiteit van inzet er zal worden opgespoord. Deze afweging moet het OM maken omdat het te maken heeft met een beperkte opsporingscapaciteit, welke dus dwingt om keuzes te maken.4 Het beginsel wat te koppelen valt aan deze vorm van opsporing is het ‘opportuniteitsbeginsel’, art. 167 Rv. Het OM bekijkt van geval tot geval of de vervolging succesvol kan zijn. In de praktijk wordt gebruik gemaakt van de positieve opvatting van het opportuniteitsbeginsel. De gedachte is dat er alleen vervolgt moet worden wanneer het algemeen belang dit van het OM verlangt.5 Volgens de hoofdregel is de strafwet van toepassing op eenieder die zich in Nederland bevindt. De vervolging en het opportuniteitsbeginsel hebben daarom ook betrekking op asielzoekers.6

 

Consequenties van een veroordeling

Het plegen van een strafbaar feit kan consequenties hebben op het verblijf van de asielzoeker in Nederland.7  De asielzoeker wordt namelijk gehuisvest in een opvang van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (hierna: COA). Dit om de procedure tot zijn of haar aanvraag tot een verblijfsvergunning af te wachten.8 Consequentie van het plegen van een strafbaar feit kan zijn dat de aanvraag tot het verkrijgen van de verblijfsvergunning wordt afgewezen op grond van gevaar voor de openbare orde, art. 30b lid 1 sub j Vreemdelingenwet 2000 (hierna: Vw). De ‘openbare orde’ omvat niet alleen de strafrechtelijke openbare orde, maar ook de openbare rust en internationale betrekkingen en de volksgezondheid.9 Wat behelst de strafrechtelijke openbare orde? Art. 3.77 lid 1 sub c Vw geeft hier antwoord op. Iedere veroordeling ter zake van een misdrijf kan grond zijn om de aanvraag voor een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd af te wijzen. Ingevolge het artikel moet het gaan om de veroordeling van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf, jeugddetentie, maatregel, taakstraf of geldboete. Lid 1 van art. 3.77 Vreemdelingenbesluit 2000 heeft ook betrekking op delicten begaan buiten Nederland.10

 

Uitzetting

Een andere veel gehoorde kreet in de media: ‘Aso-asielzoeker: vastzetten of uitzetten?’,11 of ‘'Criminele asielzoekers veel sneller uitzetten'.12 Maar hoe makkelijk is het om een asielzoeker uit te zetten? Art. 61 Vw behandelt dit vraagstuk. In principe is het zo dat de vreemdeling die niet langer rechtmatig verblijf heeft, Nederland uit eigen beweging dient te verlaten. Wat houdt rechtmatig verblijf in? In art. 8 Vw worden een drietal gronden opgenoemd waaruit rechtmatig verblijf kan worden afgeleid. Onder c wordt de vergunning asiel voor bepaalde tijd genoemd. Wanneer de asielzoeker niet meer in bezit is van een vergunning asiel voor bepaalde tijd, dan is deze persoon onrechtmatig in het land. Echter, het uitzetten van asielzoekers houdt verband met het EVRM en het verbod van refoulement in de zin van art. 33 Vluchtelingenverdrag.13 Voor asielzoekers is uit het EVRM vooral art. 3 van belang. Dit artikel bepaalt dat niemand mag worden onderworpen aan foltering of andere onmenselijke en vernederende behandelingen. Maakt de asielzoeker hard dat wanneer deze persoon wordt teruggezonden, hij wel aan zulke behandelingen onderworpen wordt, dan mag de lidstaat de asielzoeker niet uitzetten. Doet een lidstaat dat wel, dan schendt hij het EVRM.14

 

Conclusie

De asielzoeker is de persoon die naar Nederland komt omdat er in eigen land vrees is voor vervolging. Deze vreemdeling vraagt in Nederland een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd aan. Zodra deze persoon in aanraking komt met strafbare feiten en in dit geval dus met zedenmisdrijven, kan het OM besluiten tot het vervolgen van deze persoon. De asielzoeker valt gewoon onder de opsporingsreikwijdte van het OM. De asielzoeker wordt gekenmerkt doordat deze persoon nog in de voorfase zit van zijn aanvraag tot rechtmatig verblijf. Mogelijk gevolg van een veroordeling is dat zijn aanvraag tot een verblijfsvergunning wordt afgewezen. De asielzoeker is dan niet langer rechtmatig meer in het land. Uitzetting kan dan volgen. Het grote probleem met uitzetting is dat het wel veilig moet zijn in het land van herkomst want anders hangt schending van het EVRM en andere internationale regelgeving boven het hoofd van de lidstaat.  

 

Eindnoten

1De Stentor, ‘Asielzoekers opgepakt voor zedenmisdrijf meisje (17) uit Kampen’ ‘10 januari 2017.

2 C. Rosman & P. Winterman, ‘Elke week zedendelict bij een asielzoekerscentrum’, AD 30 januari 2016.

3 G.G. Lodder, Vreemdelingenrecht in Vogelvlucht. Over toelating en verblijf van vreemdelingen in Nederland, Den Haag: SDU 2014.  

4 Brief van Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 17 augustus 2017, 2099946.

5 Valkenburg, in: Tekst & Commentaar Strafvordering 2011, art. 167 Sv (online, bijgewerkt 1 juli 2017).

6 Brief van Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 17 augustus 2017, 2099946.

7 Brief van Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 17 augustus 2017, 2099946.

8 A. Hendriks & B. Toebes, ‘Recht op toegankelijke zorg: ook voor vreemdelingen’, NJB 2013/949, afl. 19, p. 945-992.

9 G.G. Lodder, Vreemdelingenrecht in Vogelvlucht. Over toelating en verblijf van vreemdelingen in Nederland, Den Haag: SDU 2014.

10 G.G. Lodder, Vreemdelingenrecht in Vogelvlucht. Over toelating en verblijf van vreemdelingen in Nederland, Den Haag: SDU 2014.

11 C. Rosman & T. den Hartog, ‘Aso-asielzoeker: vastzetten of uitzetten?’, AD 1juli 2017.

12 H. van Gelder & B. Winters, ‘Criminele asielzoekers veel sneller uitzetten’, De Gelderlander 5 juli 2017.

13 Brief van Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 17 augustus 2017, 2099946.

14 G.G. Lodder, Vreemdelingenrecht in Vogelvlucht. Over toelating en verblijf van vreemdelingen in Nederland, Den Haag: SDU 2014.


De aanpak van terugkerende jihadstrijders
29mrt

De aanpak van terugkerende jihadstrijders

De aanpak van terugkerende jihadgangers - Door Matthijs de Bruin Op 13 november 2017 werd terugkerende jihadganger Laura Hansen...

Heimelijk filmen met een seksuele strekking
04dec

Heimelijk filmen met een seksuele strekking

Door Sophie van Onck Heimelijk filmen met een seksuele strekking De afgelopen jaren zijn er steeds meer strafzaken geweest over...

Reacties

Log in om de reacties te lezen en te plaatsen